De overheid en de provincies komen binnenkort met nieuwe (herziene) beleidsregels voor stikstof. Wat zal dit betekenen?
Het beleidsvoornemen t.a.v. de stikstofproblematiek van het Ministerie van LNV van 4 oktober jl. en de door de provincies gepubliceerde toetsingskaders van 10 oktober jl. zijn onder invloed van het boerenprotest deels ingetrokken of opgeschort, en het is zeer de vraag met welke uiteindelijke invulling men terug komt.
Eerlijk gezegd verwachten we niet veel goeds, gelet op de ongelukkige keuzes van het in oktober geïntroduceerde model. Wat ook weer niet verwonderlijk is – aangezien men blijkbaar weigert practici bij de besluitvorming te betrekken. Met veel stoom en kokend water wordt een beleid uitgelegd wat (zeer waarschijnlijk) voorbij gaat aan rechtmatig afgegeven vergunningen en besluiten.
Het mag dan zo zijn dat de rechter op 29 mei jl. heeft beslist dat het PAS-model voor het verlenen van Wnb-vergunningen ongeschikt is, maar diverse veehouders hebben in het verleden en ook in de afgelopen jaren in de PAS-periode vergunningen gevraagd en gekregen gebaseerd op de ammoniak die ze al hadden op de aanwijsdata van de diverse natuurgebieden, of hebben daar voor veel geld ammoniak aangekocht om wat men tekort kwam te compenseren door extern te salderen.
Het kan niet zo zijn dat de overheid hieraan voorbij gaat, en niet gerealiseerde stalcapaciteit waartoe wel ammoniak vergund is (gebaseerd op de aanwijsdata) of de ammoniakruimte van niet-volle stallen (gebaseerd op de aanwijsdata) afpakt of nietig verklaart met een of ander nieuw beleidskader.
In beginsel zou dit ook niet billijk zijn voor Wnb-vergunningen die onder het PAS zijn afgegeven met ‘gratis’ ontwikkelruimte, maar als dat niet binnen 2 of 3 jaar gerealiseerd is. is er wat voor te zeggen om niet opgerichte stallen in lijn met de toenmalige voorschriften dat als ze niet binnen 2 jaar zijn opgericht, in te trekken of latent te verklaren.
Voor de uitgedeelde ontwikkelruimte onder het PAS is elders wel degelijk ammoniak verdwenen (door stoppende bedrijven en omschakeling naar emissiearme systemen), ook al is niet bekend wat het effect ‘per saldo’ op omliggende natuurgebieden is geweest. De uitgedeelde gerealiseerde ontwikkelruimte dient daarom (ook) te worden gerespecteerd.
We voorvoelen dat het komende beleid echter geen rekening houdt met het vergund recht en ongeacht de herkomst van de vergunning, het (nog) niet gebruikte emissie- en depositierecht wil inperken. Laat dit niet gebeuren. Meldt u daarom aan bij de Stichting Stikstofclaim om collectief tegen dit onrecht te (kunnen) strijden, voor als het nodig is.
Stikstofclaim zal de schadeprocedures collectief oppakken. Naarmate er meer deelnemers zijn kunnen er meer procedures worden gestart. Voor 150 euro kunnen deelnemers meedoen. De binnengehaalde schadevergoedingen worden toegekend aan de deelnemers, aldus de stichting. We verwijzen u daarvoor graag door naar https://www.stikstofclaim.nl/