Bioaerosolen, endotoxinen en fijnstof

12 juli 2016

De toename van schaalgrootte in de veehouderij en het optreden van zoönosen als Q-koorts hebben de laatste jaren geleid tot zorg over mogelijke gezondheidseffecten van veehouderijbedrijven op omwonenden, met name t.a.v. de uitstoot van bioaerosolen: zwevende deeltjes (fijn stof) met daarin endotoxinen (ziektekiemen) en microorganismen. Deze bioaerosolen kunnen zich benedenwinds van stallen verspreiden en mogelijk gezondheidseffecten bewerkstelligen bij omwonenden.

De staatssecretaris van I&M heeft de Kamer in 2013 een norm voor endotoxinen toegezegd, de door de Gezondheidsraad geadviseerde grenswaarde van 30 EU/m3.

Endotoxinen

Wageningen UR Livestock Research heeft metingen verricht naar stof en endotoxinen in het stof bij twee stallen voor leghennen, vleeskuikens en vleesvarkens. Op grond van deze meetgegevens zijn de endotoxineconcentraties in de omgeving van een aantal fictieve stallen berekend.

Uit de berekeningen blijkt dat bij pluimveestallen de overschrijdingsafstand voor endotoxinen in het merendeel van de doorgerekende scenario’s groter is dan voor fijn stof en geur. Bij deze stallen lift de bescherming tegen te hoge endotoxineconcentraties in de buitenlucht dus niet automatisch mee op de bestaande toetsingskaders voor fijn stof en geur.

Reducerende maatregelen

Met het oogpunt op het verminderen van gezondheidsrisico’s voor omwonenden van stallen is vervolgens in een studie ‘Additionele maatregelen ter vermindering van emissies van bioaerosolen uit stallen‘ verkend welke bestaande en nieuwe maatregelen genomen kunnen worden om stalemissies van bioaerosolen met een groter percentage terug te dringen dan de 30% voor fijn stof welke thans gevraagd wordt voor pluimvee in het Besluit huisvesting.

Endotoxine in relatie tot fijnstof

Duidelijk is dat mensen in de nabijheid van veehouderijen worden blootgesteld aan verhoogde concentraties endotoxine, fijnstof en mogelijk nog andere componenten die afkomstig zijn van de veehouderij. Endotoxine is een onderdeel van micro-organismen en kan in de lucht voorkomen. Volgens verwachting werden in het onderzoek Veehouderij en gezondheid omwonenden relaties gevonden tussen endotoxine-concentraties en de afstand tot veehouderijen. Dit geldt echter niet voor fijnstof. Omdat fijnstof meerdere bronnen heeft (industrie, verkeer, veehouderij) en over grote afstanden kan worden verplaatst, kon de bijdrage van de veehouderijen aan de lokale fijnstofconcentratie niet worden bepaald.

Beleid

Of de longfunctieveranderingen die voorkomen onder omwonenden met veel veehouderijen samenhangen met de concentratie endotoxine in de lucht is nog niet te zeggen. Dat is onderwerp van vervolgonderzoek.

Het kabinet is van mening dat zonder aanvullend beleid in de pluimveehouderij de risico’s door endotoxinen voor omwonenden in de omgeving van pluimveestallen niet verminderen.