Voor de additionele techniek ‘Ionisatie d.m.v. koolstofborsteltjes; 31% emissiereductie fijnstof’ (BWL 2020.03.V3) is de systeembeschrijving aangepast, omdat hierin een onjuiste beschrijving stond van het werkingsprincipe.
Bij deze techniek vindt de emissiereductie plaats door het geven van een lading aan de stofdeeltjes. De stofdeeltjes binden zich aan watermoleculen en slaan neer op de grond. De lading is afkomstig van een ionisatiesysteem met koolstofborsteltjes.
In het beschreven systeem zijn deze koolstofborsteltjes aangebracht in verlichtingsarmaturen met led-tl lampen (de leverancier noemt deze armaturen ionisatielampen). De ‘led-armaturen’ zijn in deze situatie de drager van het systeem. De led-lampen zelf leveren geen bijdrage in de emissiereductie. Het ionisatiesysteem met koolstofborstjes zorgt voor de reductie van de fijnstofemissie. De beschrijving is op dit onderdeel verduidelijkt en aangepast.
De wijziging is op 1 oktober 2021 in Staatscourant 2021, nr. IENW/BSK-2021/40346 gepubliceerd.
Daarbij zijn ook de systeembeschrijvingen voor het gebruik van de ‘droogtunnel met geperforeerde banden’ (BWL 2005.06.V4) en de ‘droogtunnel met geperforeerde metalen platen’ (BWL 2007.09.V4) voor opfokhennen en hanen van legrassen aangepast. De minimaal te installeren capaciteit voor het beluchten is aangepast naar 0,85 m3/uur/dier. De oude eis van 2 m3/dier/uur is voor deze diercategorie te hoog gebleken.